Amsterdam – Oslo – Alta – Honningsvåg (vlucht)
We zijn 2 uur van tevoren op de luchthaven. Ongelofelijk hoe druk het is, dat hadden we niet verwacht op dit vroege tijdstip. We droppen snel onze bagage. Een of ander mannetje met neurotische trekjes begint zich ermee te bemoeien. Ik heb niet naar het filmpje gekeken hoe je je bagage moet droppen en nu is hij bang dat "het systeem" wordt verstoord. Dat is natuurlijk ook wel heel slecht van mij. Gelukkig weet ik me toch door dit “moeilijke” proces heen te slaan en onze bagage in te checken.
Na de bagagedrop gaan we een ontbijtje scoren bij de appie en dan weer snel terug richting douane. We verwachten dat het vlot verloopt omdat we naar een Schengenland gaan, maar niets is minder waar. Zelfs naar de VS verloopt het nog soepeler. De elektronica moet niet alleen uit de tas maar ook uit het hoesje. Zelfs de stekkerzak wordt binnenste buiten gekeerd en mijn handtas wordt op drugs getest. Dit gaat wel heel ver! Het is duidelijk dat deze jongens passie voor hun werk hebben en er alles aan doen om de overlast voor de reizigers zo veel mogelijk te beperken door lekker door te werken (not!). Ondanks dat we ruim op tijd op Schiphol waren, lukt het deze rakkers om ervoor te zorgen dat we nog maar net op tijd voor de boarding time van onze vlucht (KL 1141) bij de gate aankomen.
We kunnen als een van de eersten het vliegtuig in. Gelukkig maar want het is een klein ding en de bagageruimte is erg beperkt. Er is welgeteld 1 baby aan boord en laten we het geluk hebben dat deze op de rij voor ons zit. Paps en mams zijn totaal niet voorbereid en hebben zelfs geen flesje bij de hand. De kleine begint al na 5 minuten te krijsen. Je kent het vast wel, zo'n heerlijk schel geluid dat je oren ervan beginnen te piepen. Normaal heb ik oordopjes bij me, maar op deze korte vlucht had ik niet verwacht die nodig te hebben. Oei, dat wordt 2,5 uur genieten!
In Oslo is het blijkbaar slecht weer, dus dan kunnen er minder vliegtuigen tegelijk landen. We moeten 20 minuten wachten voordat we kunnen vertrekken. Hopelijk hebben we voldoende tijd om onze bagage in Oslo op te halen (het is daar blijkbaar een regel dat bagage niet wordt door gelabeld) en onze aansluitende vlucht te halen. KLM en SAS werken blijkbaar niet samen, dus dat wordt nog spannend...
Boven Oslo aangekomen mogen we nog bijna drie kwartier rondjes draaien voordat we het akkoord krijgen om de landing in te zetten. Uiteindelijk landen we met 1 uur vertraging om 9.45 uur in Oslo. We haasten ons om de bagage op te halen en deze vervolgens weer in de vertrekhal in te checken. We gaan netjes in de economy rij staan, blijken we business class te hebben. Dan mag je overal in de fast lane en loopt de boel gesmeerd. We zijn ruim op tijd bij de gate en hebben zelfs nog tijd om te pinnen en drinken te kopen. Blijkbaar zien we er Noors uit, want we worden in de lokale taal aangesproken. Geen compliment overigens, want die stoere Noormannen heb ik hier nog niet gezien, alleen niet al te knappe iele mannetjes...
Terwijl we bij de gate zitten te wachten, zien we onze vertrektijd verder vooruit schuiven. Dat was te verwachten. Als er niet zo veel vliegtuigen kunnen landen, kunnen er natuurlijk ook niet zo veel vluchten vertrekken. Jammer, ik denk dat we hierdoor het konvooi naar de Noordkaap niet meer gaan halen.
Terwijl ik een beetje relaxt in mijn stoel hang komt me toch een bijzonder type in de stoel achter me zitten. Zo eentje met van die onverzorgde dreads in een soort opgedraaide drol op haar hoofd gebonden. Ze gaat zitten en heeft blijkbaar niet in de gaten hoeveel ruimte haar hoofdtooi in beslag neemt, want ze knalt ermee tegen mijn hoofd aan. Jakkes! Ik voel de beestjes al bijna over springen. Ik verschuif maar een beetje om zo ver mogelijk bij dat vieze ding uit de buurt te blijven. Ik krijg er spontaan jeuk van!
Uiteindelijk vertrekken we met 1 uur en 15 minuten vertraging rond half 2 vanuit Oslo naar Alta (vlucht SK 4546) . We hadden namelijk ook nog een defect aan de vliegtuigdeur, dus daar moest ook nog even een vervangend onderdeel voor geregeld worden. We treffen het wel!
De business class is trouwens niet zo decadent als je zou vermoeden. Je hebt het voordeel dat je met voorrang overal door mag en extra beenruimte hebt. De rest zit je net zoals bij economy class, lekker schouder aan schouder met z'n 3-en naast elkaar. Mijn maag rammelt ondertussen wel. Niet gek natuurlijk, want we hebben nog geen fatsoenlijke maaltijd gehad. Gelukkig krijgen we polarbröd met elk salami. Smaakt prima!
We landen in Alta even na 3 uur. Je hoeft je hier niet af te vragen waar je je bagage kunt afhalen, er is namelijk maar 1 bagageband (bagasjebåndet in het Noors). We zien ook al direct waar we de huurauto kunnen afhalen. Er zitten 4 verschillende autoverhuurders naast elkaar in hokjes. Terwijl we bij ons mannetje van Europcar de autohuur rond maken, sluiten de anderen al hun loket. Het zit er blijkbaar op voor vandaag. Ons mannetje is erg enthousiast over het Golfje dat we gehuurd hebben. Met net iets boven de 5.000 km op de teller is hij splinternieuw. Net als de banden met spikes, die je enorm veel grip geven in deze winterse omstandigheden. En genoeg kofferruimte. We zijn er zelf ook erg tevreden mee!
Bij de eerste supermarkt die we tegenkomen, slaan we wat drinken en snacks in en dan kan onze 3 uur durende rit naar Honningsvåg beginnen. Ik zie dat we ook nog een berichtje van Carla hebben ontvangen om ons een fijne reis te wensen. Dat is toch wel leuk zo’n persoonlijke benadering.
We hadden het konvooi voor de Nordkapp gereserveerd, maar dat gaan we met de vertraging die we hebben opgelopen niet halen. Ik stuur ze dus maar even een mailtje met het verzoek om onze reservering van vandaag om te zetten naar morgen. Bijkomend voordeel is dat de weersvoorspellingen voor morgen beter zijn, dus wellicht is het wel een geluk bij een ongeluk.
Om 3 uur gaat de zon onder en niet veel later is het hier al pikkedonker, dus we rijden de hele tocht in het donker. Jammer, want ik heb het vermoeden dat het een mooie route is. Gelukkig rijden we een gedeelte van de route opnieuw op de weg naar Karasjok.
Uiteindelijk komen we rond half 8 bij ons hotel Scandic aan. Als je kijkt hoe lang we erover gedaan hebben om vanuit Amsterdam hier te komen, is het eigenlijk bizar. Ruim 12 uur! En dat met een bestemming binnen Europa. Ter vergelijking: in 8,5 uur vlieg je naar New York. Dit is een proces wat wel iets gestroomlijnder zou kunnen, maar dan moeten de luchtvaartmaatschappijen eerst beginnen met samenwerken…
Als we inchecken in ons hotel, merken we al snel dat de receptioniste nog wel een lesje in vriendelijkheid gebruiken. Als ik vraag of ze ons wil aanmelden voor het konvooi voor morgen (ik heb namelijk nog geen bericht terug gehad), doet ze net alsof ze het niet snapt. Eerst heeft ze geen idee van een konvooi, vervolgens wil ze een of ander bewijs zien dat ik het voor vanavond had aangevraagd (wat de relevantie hiervan is ontgaat me even) en vervolgens zegt ze dat het niet kan. Ik geef aan dat het op de website van het hotel staat en het een hele simpele handeling is. Maar dat als het te moeilijk voor haar is, ik het wel zelf regel. Later deze reis zal ik van iemand die hier gewerkt heeft bevestigd krijgen dat de receptionistes in dit hotel heel slecht zijn, maar dat ze door de wet dusdanig beschermd worden dat ze bijna niet ontslagen kunnen worden. Zelfs niet bij zo overduidelijk disfunctioneren. Jammer hoor, want met zo’n personeel kun je je hele bedrijf om zeep helpen.
Het hotel ligt aan het water en ziet er in het restaurantgedeelte leuk uit, maar de kamer is verder niet erg bijzonder. De badkamer heeft overigens wel vloerverwarming. Nadeel is dat er hierdoor wel de afvoer van de douche opdroogt en er dus een rioollucht in de badkamer hangt. Maar goed, we zijn hier niet om in de hotelkamer rond te hangen, dus we doen het ermee!
Vanavond eten we in het restaurant van het hotel. Van de 3 beschikbare hoofdgerechten kiezen we de finnbiff, een typisch Noors gerecht met rendier als hoofdingrediënt. Daarna duiken we snel het bed in.
Honningsvåg (sneeuwscootersafari Noordkaap)
Na een prima ontbijtje maken we ons klaar voor onze tocht naar de Nordkapp. Gisteren is veel sneeuw gevallen, dus we hebben stiekem een klein beetje hoop op een snowscootersafari.
We worden welkom geheten door Yves, een enthousiaste Belgische jongen. Even ben ik verbaasd in het Nederlands aangesproken te worden, maar al snel herinner ik me dat Carla dit had aangegeven. Hij laat ons weten dat het toch een quadsafari wordt. Ook hartstikke leuk natuurlijk. Het nadeel van de quad is echter dat we ons bij het konvooi moeten aansluiten, terwijl je met de snowscooter off-road kunt en daardoor vrij bent in de tijd waarop je de Nordkapp bezoekt. Blijkbaar is de sneeuw nog niet overal diep genoeg en dan kun je met de snowscooter rotsen raken tijdens het rijden. Dat is niet zo’n prettige ervaring.
Gelukkig zijn we de enige 2 deelnemers en hebben we een privétocht. Dat is natuurlijk mooi meegenomen. We maken onderweg een fotostop. Het is de eerste keer dat we het landschap bij daglicht zien en het is erg mooi.
Het konvooi van 11 uur bestaat uit nagenoeg allemaal Nederlanders en een paar Duitse jongens. De andere Nederlanders zijn met hun eigen 4WD vanuit Nederland komen rijden en overnachten in ons hotel. Het konvooi gaat van groot naar klein, dus eerst gaan de auto’s en achteraan mogen wij op de quads aansluiten. De route is prima te rijden. Alleen de laatste paar honderd meter die we moeten rijden barst, out of the blue, een flinke sneeuwstorm los. Je ziet bijna niks meer. Bizar hoe snel het weer hier op de Nordkapp om kan slaan!
Normaal gesproken mag Yves met zijn klanten als enigen met hun vervoermiddel tot voor het symbool van de Nordkapp rijden. Blijkbaar heeft de 4WD club dit privilege ook weten te bemachtigen en is ons voor. Wij besluiten binnen te wachten. Het zicht is inmiddels zo slecht dat je de wereldbol niet meer kunt zien vanuit de Nordkapphallen. Als wij eindelijk aan de beurt zijn lijkt het een beetje beter te zijn. Schijn bedriegt echter. We worden weggeblazen en het is bijna niet te doen om hier een foto te maken. Je kunt je ogen bijna niet open houden van de sneeuw die met pijnlijke windsnelheden in je oog wordt gelanceerd.
We gaan even snel souvenirs shoppen en kaartjes om vanaf de Nordkapp te versturen. We willen namelijk het eerstvolgende konvooi (van 13.00 uur) terug nemen, zodat we nog tijden hebben om op de quad naar andere mooie plekjes te rijden.
Als ik bij de kassa sta vraagt een van de Duitse jongens of wij helemaal vanuit Nederland met de quads zijn komen rijden. Ik denk dat hij een grapje maakt en begin te lachen. Maar ik zou beter moeten weten, Duitsers maken namelijk geen grapjes. Het was blijkbaar een serieuze vraag. Een Nederlandse vrouw mengt zich min of meer in het gesprek en vraagt of ze zijn vraag goed verstaan had. Toen ik bevestigend antwoordde was non verbaal heel duidelijk wat ze van de intelligentie van onze Duitse vriend vond.
We zijn weer helemaal ingepakt om met het konvooi te vertrekken. Iedereen staat te wachten tot de sneeuwschuiver begint te rijden. Na een tijdje zo gestaan te hebben, blijkt dat het konvooi is geschrapt omdat het zicht te slecht is. Blijkbaar is het te veel moeite om de deelnemers aan het konvooi daarover te informeren. Overigens schat ik zelf in dat je met een aangepaste snelheid, de weg waarschijnlijk wel kunt afleggen (dat hebben we op de heenreis tenslotte ook gedaan).
Dus maar weer naar binnen. Onze Belgische vriend trakteert ons op een warm drankje en vertelt dat hier in de regio nogal wat problemen zijn met het personeel. Eenmaal in dienst, is het blijkbaar erg lastig om mensen te ontslaan, zelfs bij duidelijk disfunctioneren. Dat geldt zowel voor de konvooibegeleider als voor de dames bij de receptie van ons hotel. Hij heeft hier zelf gewerkt en weet uit eigen ervaring dat er veel klachten over hen binnenkomen. Nou, dat is herkenbaar met het beeld dat wij hebben.
Er is nog maar 1 middagkonvooi, dus Iedereen moet hierbij aansluiten. Het is nog steeds plaatselijk slecht zicht, maar nu zullen ze wel moeten. Het is een pittig ritje. De wind waait op sommige plekken zo hard dat je flink moet werken om op de weg te blijven.
Helaas hebben we nu geen tijd meer om nog wat meer plekjes te bezoeken. We kunnen nog 1 stop maken bij een mooi uitzichtpunt. De weg ernaar toe is niet sneeuwvrij gemaakt en op sommige plekken is de sneeuw zo diep dat er bijna geen doorkomen aan is. Dit is echt leuk! Normaal gesproken rij je van hieruit nog verder naar boven naar een tweede nog hoger gelegen uitzichtpunt, maar dat is door de omstandigheden helaas niet mogelijk.
Dan is het helaas tijd om terug te gaan. Yves heeft ook diverse foto's van ons genomen, maar er is nu geen tijd meer om deze nog voor ons op stick te zetten. Hij zal dit later vandaag doen en de bij de receptie van het hotel voor ons afgeven. Als dat maar goed gaat... We hebben alle vertrouwen in hem, maar niet zo zeer in de dames van de receptie.
Op aanraden van Yves gaan we bij Corner eten. Dat is een goede tip, die ik ook aan Carla moet doorgeven. Je hebt hier een stuk meer keuze dan in het hotel, het eten is echt een stuk beter en de prijs aanzienlijk lager. Helemaal goed dus!
We eten op tijd, want we willen er nog op uit trekken om het Noorderlicht te spotten. We hadden eigenlijk nog met het avondkonvooi naar de Nordkapp willen gaan, maar dan ben je verplicht om hier 3 uur te verblijven. Als er Noorderlicht is, is dat prima. Maar als dat er niet is, dan is dat wel heel erg lang. We besluiten naar het uitzichtpunt te rijden waar we eerder vandaag met de quad zijn gestopt. Het is bijna niet te doen zo hard als het waait en de hoeveelheid sneeuw die daardoor door de lucht wordt geblazen. Op enig moment schiet ons zelfs een voorbij rijdende sneeuwschuiver te hulp omdat we anders vast komen te zitten. We gokken het er maar niet op om verder te rijden en gaan terug naar het hotel. Wie weet gaat de wind nog liggen en krijgen we nog een glimp van het Noorderlicht te zien. De lucht is redelijk helder, dus dat is positief. Nu de andere omstandigheden nog.
Volgens de Noorderlicht app is het tussen 00.00 en 03.00 een "go", dus die kans willen we grijpen. We zullen wel niet zo'n mooie foto's als onze Belg kunnen maken, maar wat groene lichtsliertjes zou toch leuk zijn. In de tussentijd doden we de tijd met foto's kijken en reisverslag maken.
Martin gaat nog een aantal keer buiten kijken, maar helaas worden onze inspanningen vanavond niet beloond.
Honningsvåg – Karasjok
Om 7 uur word ik ruim voor de wekker wakker. Ik kijk naar buiten en zie dat onze auto behoorlijk ingesneeuwd is. Ik kruip nog even terug in bed, maar kan de slaap niet meer vatten. Buiten begint het licht te worden en aangezien ze vooral voor de ochtend een zonnetje voorspeld hebben, besluiten we op te staan.
Bij het ontbijt is het een enorme drukte. Gisteravond zijn 2 busladingen Aziaten aangekomen en die hebben zo ongeveer het hele ontbijtbuffet meester gemaakt. We zullen het deze keer met de restjes moeten doen. We checken meteen even bij de receptie of Yves de USB stick met foto’s heeft achtergelaten. En ja hoor, wonder boven wonder hebben ze ‘m.
Ik scan even snel de foto’s en besluit een aantal leuke exemplaren bij Yves op een groter formaat aan te vragen. Hij had er een briefje bij gedaan, dus dat moet goedkomen.
Rond 10 uur vertrekken we richting Karasjok. We rijden voor een gedeelte de route die we de eerste dag in het donker hebben gereden en blijkt een mooie route te zijn. Je rijdt langs de fjordenkust in zuidelijke richting. Onderweg maken we een aantal fotostops en rond half 3 komen we aan bij de huskyfarm waar we de komende dagen zullen verblijven.
We gaan op zoek waar we kunnen inchecken en vinden Sven (de eigenaar) in zijn werkplaats, ook wel “office” genoemd. Hij belt met Cristel en krijgt te horen in welke huisje we verblijven. We worden naar Danskar gebracht. Het is een schattige houten hut, waarin het hele interieur door Sven zelf is gemaakt. Het ziet er super knus uit. Enige minpuntje is dat we geen 2-persoons bed hebben. Dat hadden we wel verwacht. Maar vervolgens zien we ook dat we wel een eigen douche en toilet hebben en dat hadden we dan weer niet verwacht. Aangezien het hier -20˚C is, zijn we hier erg blij mee en nemen we de 1-persoons bedden op de koop toe. De bedden moeten nog worden opgemaakt en terwijl wij onze spullen uit de auto gaan halen, wordt al direct actie ondernomen om ons huisje helemaal slaapklaar te maken.
Op advies van Sven lopen we vanuit de husky farm naar de rivier. Je kunt hier over het algemeen goed door de sneeuw lopen, maar op sommige plaatsen is de sneeuw zo diep dat je er makkelijk tot aan je knieën in weg zakt.
Het diner wordt rond 7 uur geserveerd en met een klop op de deur word je hierop geattendeerd. Het eten wordt verzorgd door Cristel. Ik denk in eerste instantie dat ze de dochter van Sven is, maar later blijkt ze zijn vriendin te zijn. Die oude snoeperd!
Het eten ziet er goed uit, maar valt helaas wat tegen. Het is moose met een bladerdeegkorstje. Het vlees is lekker van smaak, maar zo pezig dat het niet is weg te krijgen. We doen aardig ons best om de goede stukjes eruit te halen. Er zijn nog 2 andere stellen in de eetzaal. Een stel heeft blijkbaar de malse stukjes te pakken, maar het andere zit net als ons te zwoegen op het stuk vlees.
Dan is het haasten geblazen, want om 8 uur moeten we klaar staan op de parkeerplaats voor onze Snowshoe Safari Northernlight. Als we daar aankomen, staat er al een groepje van 4 Aziatische meiden te wachten (van die giechelkippen). We stellen ons netjes voor aan onze begeleiders Liv (de dochter van Sven) en Kenny (de jongen die vanmiddag onze bedden heeft opgemaakt) en onze mede wandelaars. Even later sluit nog een Duits stel aan, maar die vinden het niet nodig om zich aan iemand voor te stellen. Later zal blijken dat het ook niet de gezelligste mensen zijn, dus daar missen we niks aan.
We krijgen uitleg over de sneeuwschoenen en als we die hebben aangetrokken, kan de tocht naar het plateau beginnen. Het zou zo’n 1,5 uur lopen zijn voordat we er zijn, maar ik weet zeker dat ze hier hele lange minuten hebben. De tocht duurt erg lang en omdat je niet op je normale manier kunt lopen, is het best vermoeiend. Zeker voor mensen die normaal gesproken een beetje met x-benen lopen en nu als meneer wijdbeens door het leven moeten gaan. Op een gegeven moment krijg ik zelfs last van mijn heupen en krijg ik mijn linkerbeen bijna niet meer opgetild. Het is “nog maar een klein stukje”, maar toevallig wel het pittigste. Met veel pijn en moeite kom ik toch boven op het plateau aan. Liv en Kenny graven een soort zitkuil en maken er een kampvuur in. Ik kan het echter niet warm krijgen. Ze hebben hier één regel tijdens de tocht en dat is dat je niet mag zweten. Zo lang als je loopt is er niks aan de hand, maar zodra je stil gaat staan gaat het zweet bevriezen en kun je onderkoelingsverschijnselen krijgen. Tja, en aangezien ik flink heb moeten ploeteren om boven te komen, is dat zweetvrije niet helemaal gelukt. Gelukkig heeft Liv nog een extra jasje en warme handschoenen voor me. Dan nog een stevig robbertje stoeien met haar en dan gaat het bloed weer goed genoeg circuleren om op temperatuur te komen. We vangen een glimp van het Noorderlicht op, maar het is erg zwak. Ik hoop dat we het geluk hebben het op een andere dag wat feller te zien. Blijkbaar was het gisteravond hier prachtig, maar ja, daar hebben wij natuurlijk niks aan.
Liv heeft overigens onderweg over diverse planten uitleg gegeven en hoe ze het allemaal gebruiken. Zowel voor huizen, inrichting, maar ook als smaakmakers voor eten. Erg leuk om te horen hoe inventief ze hier met hun omgeving om gaan. En als ze hierover praat zie je ook het enthousiasme van haar gezicht af stralen. Daarnaast zien we nog een aantal dierensporen, waaronder haas, vos en de slaapplek van een moose.
De route van het plateau naar beneden is erg stijl en is nagenoeg ook niet zonder glijpartijen af te leggen. Helemaal niet erg, want er ligt zo’n dik pak sneeuw, dat je lekker zacht valt. Het opstaan is echter een stuk uitdagender. Op de heenreis ben ik al eens ergens zo diep in de sneeuw gezakt dat mijn hele been verdwenen was en ik mezelf moest uitgraven omdat ik vast zat. Gelukkig blijft dit me op de terugweg bespaard.
Als we terug bij de huskyfarm aankomen en afscheid nemen van onze gidsen is het maar liefst kwart voor 2 ’s nachts! Geen wonder dat het voor mijn gevoel zo lang duurde. Moe van de tocht vallen we al snel als een blok in slaap.
Karasjok (vrije dag op de huskyfarm)
Ondanks dat we er pas laat in lagen, ben ik ook vandaag weer rond 7 uur wakker. Het is toch verschrikkelijk! Kan ik eindelijk lekker uitslapen en dan ben ik zo vroeg wakker.
We weten niet hoe laat het ontbijt is, dus we besluiten dat we rond half 9 naar de eetzaal gaan. Daar blijkt niemand te zijn. Net als we weg willen lopen, komen een paar andere toeristen binnen lopen. Deze hadden we gisteren ook al gezien en ze lijken te weten hoe het hier werkt. Blijkt dat het ontbijt vanaf 9 uur geserveerd wordt. Nou, zijn we lekker op tijd en kunnen we alvast van een warm kopje thee genieten. We raken aan de praat met de andere vakantiegangers. Het zijn 2 stellen die uit Polen komen. Van één stel is de man Nederlander en ook zijn dochtertje spreekt Nederlands. We wisselen verhalen uit en ik zie dat de mannen graag onze activiteiten hadden gedaan, zeker de Poolse man. Beide gezinnen hebben echter een kind waardoor sommige activiteiten te avontuurlijk zijn.
Na het ontbijt vraag ik aan Crystel wat we vandaag in de omgeving kunnen doen. Ze tekent wat punten in op de plattegrond van Karasjok en dan kunnen we op pad. Nu moet ik eerlijk bekennen dat er niet zo heel veel bijzonders te doen is in Karasjok. We maken een stop bij het Sami Parliament (een heel apart gebouw) en bij het Sapmi park. Crystel was heel enthousiast over Sonia, die hier glasblazer is, maar helaas de komende dag haar winkeltje dicht heeft. Wel kunnen we hier nog een paar leuke souvenirtjes scoren. Dan gaan we nog wat punten af, waaronder Knivsmed Strømeng. Hier worden prachtige messen met de hand gemaakt en het is duidelijk te zien dat ze hier kwaliteit maken. Ook hebben ze hier nog een aantal andere mooie dingen, zoals houten champagneglazen, maar alles is ontzettend duur. We weten ook nog een winkeltje te vinden waar ze lekkere warme Noorse sloffen verkopen. Met een prijskaartje van ruim € 50 voor een mooie warme variant, vindt Martin deze echter te duur (terecht overigens), dus we zullen toch thuis maar nieuwe slofjes voor hem moeten kopen.
Als we klaar zijn met ons rondje Karasjok gaan we terug naar de huskyfarm. Ik ga lekker naar de husky’s en heb moeite om er weg te komen. De honden zijn allemaal zo lief en aanhankelijk. Ik zou ze zo allemaal mee naar huis willen nemen. Vooral de wat rustigere exemplaren die je in eerste instantie een beetje schuchter benaderen en vervolgens tegen je aan kruipen alsof ze je nooit meer willen laten gaan. Wat een schatjes!
Net als ik weer terug ga naar ons huisje komt een man aangelopen. Het is Marcel, de begeleider van onze meerdaagse Husky Safari op het Finnmarkplateau. Marcel is een echte stoere stevige vent. Het type man dat ik bij een echte Noor in gedachten had. Niets is echter minder waar. Hij komt uit Slovakije. Hij heeft jaren ervaring met hondensledetochten op wedstrijdniveau, dus we zijn in goede handen. Hij vraagt of we nu al onze kleding en andere benodigdheden willen komen uitzoeken.
We krijgen een grote duffelzak vol met spullen: mummyslaapzak met lakenzak, wollen sokken, wollen onderbroek (voor over de eigen merinowollen lange onderbroek), tweede skibroek (voor over de eigen skibroek), rendierleren overjas, wollen poncho voor over de overjas (alleen voor als het echt koud wordt), muts met oorkleppen, dubbellaagse wollen wanten en boots die kou en waterbestendig zijn. Nou, we zijn er klaar voor hoor! We slepen de twee duffelzakken naar ons huisje en beginnen de grote passessie. Net als we de verschillende lagen over elkaar proberen, staat Marcel weer voor de deur. We zouden eigenlijk vanavond tijdens het avondeten gebriefd worden, maar hij wil het nu doen. Dus we wurmen ons weer uit de kleren (niet alle natuurlijk) en lopen naar de Sven’s werkplaats, het bruisende centrum van de husky farm.
We maken kennis met de rest van de groep: Chris (zoon), Emily (vriendin), Sue (moeder) en Pete (vader). In totaal zijn we met z’n 6-en. Een lekkere kleine groep dus. We krijgen per 2 personen een tandem slee met 8 honden. Degene die op de voorste slee staat, heeft de meeste verantwoordelijkheid. Diegene moet de honden, de voorganger en de tekens die gegeven worden in de gaten houden en hierop anticiperen. Degene die op de achterste slee staat, hoeft in principe alleen maar zijn tandempartner te volgen. De tandemopzet is bedoeld om te voorkomen dat de honden er als een gek vandoor gaan als de “bestuurder” van de slee is gevallen. Het zal echter nog een aardige uitdaging zijn om in je eentje 8 enthousiaste en sterke honden in bedwang te houden. We zullen 2 nachten in een wildernishut met elektriciteitsvoorzieningen overnachten. Dat is dus een stuk luxer dan wat ik verwacht had. De eerste nacht zullen we onze hut delen met het minder sociaal begaafde Duitse koppel van gisteravond (Ute en Mathias). Zij zullen daarna verder trekken, want zij doen een 6-daagse trektocht. Met de groep Britten doen we onze hele 3-daagse tocht samen. Daar ben ik blij mee! Het lijkt een gezellig groepje.
Voordat we gaan eten zien we beetje activiteit van Noorderlicht. We gaan snel een foto maken. Er zit echter weinig beweging in, maar is toch mooi om te zien.
Gisteren hadden we diner voor 6, vandaag voor meer dan 20. De eetzaal biedt echter maar plaats aan 10 personen, dus heeft het personeel bedacht dat we in een andere hut in een kring rond het kampvuur met het bord op schoot zullen eten. Het blijkt echter al snel dat dit ‘m ook niet gaat worden. We zitten hutje mutje, bijna op elkaars schoot. Een vorkje prikken zal hier nog een uitdaging worden. Uiteindelijk wordt besloten dat de mensen van de meerdaagse tochten naar de gewone eetruimte gaan. Net als we zitten te eten komt Marcel melden dat het Noorderlicht is losgebarsten. We vliegen allemaal naar buiten. Zo mooi heb ik het nog nooit gezien! Helaas is het maar van heel korte duur. Nog voordat we de camera en statief hebben gehaald, is het moment alweer voorbij. Dit is zo anders dan in Fins Lapland. Daar duurde het Noorderlicht zeker een paar uur. Hier kan het dus gewoon met een paar minuten weer weg zijn. Jammer hoor, want dit is een fenomeen waar ik uren naar kan kijken, zonder dat het verveelt.
Na het eten gaan we naar ons huisje en pakken we de spullen voor onze husky safari. Tussendoor checken we nog af en toe of het spektakel nog eens los gaat. Helaas, was het een eenmalig opleving…
Karasjok (meerdaagse huskysafari)
In de vroege ochtend word ik wakker en hoor ik een geluid bij het huisje. Ik sta op om een kijkje te nemen, maar er is niks te zien. Ik kruip weer terug in bed en probeer nog een beetje te slapen. Als we even later opstaan, zien we inderdaad sporen rond het huisje. Waarschijnlijk van een konijn, maar ook nog iets wat een soort hoefafdruk lijkt te zijn. We nemen onze voorlopig laatste douche en pakken de laatste spullen in. Dan gaan we richting ontbijt.
In de hondenweide zijn ze al druk bezig om alles in gereedheid te brengen. Na het ontbijt gaat we snel naar onze hut om ons in onze complete outfit te hijsen. Dat is overigens nog een hele klus. Het duurt zo’n half uur voordat we geheel ingepakt zijn. Onze outfit: lange merinowollen onderbroek, 2 skibroeken over elkaar, merinowollen shirt, ski pully, fleecevest, ski jas, leren overjas, wollen kol, muts met oorflappen, skibril, merinowollen gloveliners, dubbellaagse wollen handschoenen, 2 paar skisokken en boots. Een Michelinmannetje zou jaloers zijn op onze outfit!
We brengen onze spullen die mee gaan op ons avontuur naar de hondenweide en laten de rest ingepakt achter in ons huisje. Dit wordt namelijk in de tussentijd verhuurd aan andere gasten en bij terugkomst krijgen we een ander huisje.
In de hondenweide krijgen we het achterste tandemspan toegewezen en Marcel helpt ons de bagage te zekeren. Daarna krijgen we uitleg over hoe alles werkt en de tekens die we moeten kennen. Gelukkig zijn het er maar 4: langzaam, stop, help en kijk. We worden aan het werk gezet om de honden in te spannen. Ons team bestaat uit allemaal mannetjes, dus dat wordt hard werken. De honden hebben 4 dagen rust gehad en hebben veel energie die eruit moet. Ze zijn erg ongeduldig en kunnen niet wachten om te vertrekken!
Onze tocht kan beginnen. Het eerste stuk is het lastigste. De honden willen rennen en zijn één bonk energie. Het begin van de route is echter een smal slingerpad tussen de bomen, dus niet geschikt voor de flinke snelheid waarmee de honden van start willen gaan. Ik weet me met moeite staande te houden, maar Martin ligt er al snel af. De honden zijn echter zo krachtig dat ik de slee in mijn eentje niet onder bedwang krijg. Sue is ook al gevallen, net als Pete. Ik kom met Emily in botsing, die vervolgens ook in de sneeuw beland. Wat een chaos! Tja, Kenny had al gezegd dat het geen vraag is of je valt, maar wanneer je valt. Nou, dat blijkt aardig te kloppen. Sue heeft overigens echt een flinke smak gemaakt. Martin weet overeind te klauteren en gaat haar helpen. Ze is zo flink geblesseerd geraakt aan haar schouder dat ze niet meer verder kan. Terwijl Martin zich over Sue ontfermd, probeer ik uit alle macht mijn 8 mannetjes in bedwang te houden. Dat wordt spierpijn morgen!
Even later valt Martin nog een keer, maar nu herstellen we beter. Ik heb de honden beter onder bedwang doordat Martin zich aan de slee kan blijven vasthouden, waardoor hij als rem in de sneeuw werkt. Op de rivier aangekomen, wordt de boel gereorganiseerd. Sue gaat als passagier op de slee van Marcel en de verdeling van de honden wordt hierop aangepast. Vanaf hier gaat het een stuk makkelijk. Geen vervelende bomen die in de weg staan, geen scheve hellingen en smalle slingerpaadjes. Zo kunnen de honden hun energie goed kwijt.
We zijn nog maar net onderweg en we zien diverse Moose. Het is een prachtig landschap. Onderweg maken we een lunchstop met kampvuur. Dit is genieten!
In het vervolg van onze trip komen we op een stuk met diepe sneeuw. We glijden van het pad af en ik val van de slee. Martin valt er ook af, maar weet de slee desondanks onder bedwang te houden. Mijn slee staat echter enorm scheef en is te zwaar voor mij om op een recht stuk te krijgen. Het is dan ook bijna onvermijdelijk dat ik bijna direct nadat ik erop ben gekrabbeld weer eraf val. Ik heb me inmiddels ook flink pijn gedaan. Niet zo zeer door de val, maar door te proberen de slee vast te houden. Het lukt ons niet meer om weer goed op weg te komen, dus schiet Marcel te hulp.
Daarna gaat het goed. Chris kijkt op de uitdagende stukken achterom om te checken of we ons staande houden. We hebben de slag te pakken, dus voor ons geen valpartijen meer, maar alleen maar genieten!
Bij onze overnachtingsplek aangekomen, blijkt dit niet een verdwaald huisje te zijn, maar een verzameling van huisjes. Schattige rode houten huisjes, die heel typerend zijn voor de omgeving. Ze worden beheerd door Oscar en zijn eigendom van de nationale parkservice. Speciaal voor mensen die op trektocht zijn.
We krijgen instructie over hoe we onze honden uit hun tuigje moeten halen. Met goed teamwork krijgen we het voor elkaar. De bagage wordt op sleeën geladen en met de hand naar de hut getrokken. Je moet wel weten waar je loopt, want Pete en Chris zakken tot hun middel weg in de sneeuw. De beste tip die ik kan geven: follow the leader! Hij weet tenslotte waar hij loopt…
In de hut hebben ze in totaal 10 slaapplekken verdeeld over 2 kamers. De Britten gaan samen met Marcel in de ene kamer en wij delen de kamer met de Duitsers en Cristel.
Als welkom krijgen we thee, gerookte rendierhart en koekjes met Noorse bruine zoete kaas en lingenberrysmurry. Dit smaakt onverwacht goed. Na snacktime is het powernaptime. In de tussentijd zorgen Cristel en Marcel voor het diner. We krijgen een prutje van rendierhart, ui en champignons in een crèmige saus met gekookte aardappelen. Erg lekker!
Na het eten is het tijd om de honden te verzorgen. Eerst moeten ze allemaal eten krijgen. Dan gaat Cristel alle honden langs om hun pootjes te checken op “cracks” (kloofjes). De honden die hier last van hebben, krijgen een zelfgemaakt smeerseltje erop en moeten morgen sokjes dragen. Ondertussen mogen wij poop scoopen en geef ik de honden een lekkere massage. Volgens Cristel genieten ze daar enorm van. Tja, je steekt nog wat op van de dogwhisperer!
Weer terug in onze hut vraag ik Cristel de namen van onze honden. Ik wil ze graag bij hun naam kunnen noemen. Ons team is als volgt samengesteld:
Ursus (een zwart/bruin mannetje) en Ballok (een rood/bruin mannetje) zijn de leiders. Het zijn relatief rustige honden, geselecteerd op hun capaciteit om het spoor te kunnen volgen. Op de tweede rij staan Granit (het sterkste mannetje van ons team) en Unpolite (een zwart/wit mannetje) opgesteld. Beide zijn grote sterke honden. Op de derde rij hebben we Grus (8 jaar oud mannetje, erg sterk en een beetje timide als je hem wilt aanraken) en Erik (een jonge enthousiaste stuiterbal met mooi getekende kop). Ons team wordt compleet gemaakt door Eld (een zeer timide mannetje) en Denali (het enige blonde mannetje in ons team). Alle honden zijn erg vriendelijk en kunnen geen genoeg krijgen van knuffels.
Na een kopje warme thee duiken we in onze mummie slaapzak (ook wel dwangbuis genaamd) in het romantische stapelbed. Onder het genot van het snurkend geluid uit beide kamers val ik uiteindelijk in slaap.